Sportartsen ontwikkelen zich tot medisch specialist in beweegzorg
Het jaar 2025 gaat voor de VSG spetterend van start: de wetenschappelijke vereniging van sportartsen bestaat zestig jaar. Vanaf de oprichting op 8 mei 1965 begon de VSG als een omni-vereniging, met leden vanuit alle medische disciplines. In de afgelopen 60 jaar is de vereniging getransformeerd tot dé organisatie voor sportartsen in Nederland ter bevordering van wetenschappelijk onderzoek en innovatie, opleiding, kwaliteit en beroepsbelangen van het medisch specialisme sportgeneeskunde.
Met de erkenning van de sportgeneeskunde als medisch specialisme in 2014 is de sportarts als beroepsbeoefenaar medisch specialist in beweegzorg geworden, die kijkt naar houding, beweging, belasting en belastbaarheid van mensen. Het werkveld is verbreed van sport naar bewegen én van sporters naar mensen met chronische aandoeningen. In 1986 werden de sportartsen eerst geregistreerd binnen het register van de Sociale Geneeskunde. Dit was een historisch moment en een grote stap voorwaarts. In de daaropvolgende jaren kwamen er steeds meer nieuwe sportartsen die hun werkzaamheden verlegden van sociaal geneeskundige inhoud naar meer curatief werk.
Inmiddels is de VSG gegroeid tot een vereniging met meer dan 300 leden, waaronder 150 sportartsen en meer dan dertig sportartsen in opleiding. In Nederland hebben meer dan twintig ziekenhuizen een afdeling sportgeneeskunde. Daarnaast zijn er ruim 25 zelfstandige behandelcentra (ZBC’s) en een aantal solopraktijken, waarmee het aantal sportmedische instellingen komt op bijna 60. Verder zijn er inmiddels 5 hoogleraren Sportgeneeskunde en 10 opleidingscentra. Maar liefst 42 sportartsen zijn gepromoveerd. In verhouding met het aantal sportartsen is dit een hoog percentage.
Medisch specialist beweegzorg
Sportartsen zijn medisch specialist in beweegzorg. Zij richten zich op het bevorderen, waarborgen en herstellen van de gezondheid van mensen die (willen gaan) sporten of bewegen én van mensen met een chronische aandoening. Het gaat om het verminderen van inactiviteit en het verbeteren van de fitheid. Een sportarts kijkt naar blessures, doet preventief sportmedisch onderzoek, verricht inspanningstesten en geeft deskundig advies over sportbeoefening of revalidatie via de inzet van bewegen als medicijn (Exercise is Medicine). De sportarts heeft unieke kennis van herstelzorg en is er dus niet alleen voor (top)sporters: ook mensen met een beperking of een chronische aandoening zoals artrose, diabetes, COVID, kanker, hart- en vaatziekten en astma kunnen bij een sportarts terecht.
Nauwe samenwerkingen
De sportgeneeskunde geldt als een horizontaal, orgaan-overstijgend, verbindend specialisme en staat voor interdisciplinaire medische (beweeg)zorg. Sportartsen werken dan ook nauw samen met vele andere medisch specialisten waaronder orthopeden, cardiologen en longartsen, maar ook met huisartsen en fysiotherapeuten. Om die samenwerking extra te belichten heeft de VSG in dit jubileumjaar nadrukkelijk de verbinding opgezocht met haar vakbroeders en -zusters. Dit heeft geresulteerd in een aantal interviews en artikelen over een mooie symbiose op de werkvloer tussen sportartsen en andere zorgverleners. De VSG gaat al deze interviews en artikelen bundelen en uitgeven in een fraaie jubileumglossy, die in het najaar van 2025 zal verschijnen.
Sportmedisch Wetenschappelijk Jaarcongres
Een van de hoogtepunten van dit jubileumjaar is het Sportmedisch Wetenschappelijk Jaarcongres 2025, dat ditmaal zal plaatsvinden in Sportcentrum Papendal. Nationale en internationale sprekers komen hier naartoe om hun opgedane kennis te delen, innovaties binnen de sportgeneeskunde te horen en het is dé plek om elkaar te ontmoeten. De jubileumeditie van het congres belooft een mooie, feestelijke happening te worden, waar het zestigjarig bestaan van de VSG en de samenwerkingen in de beweegzorg worden gevierd.